Start Omhoog

Je positie als groepsleider en intimiteit

door Frans Gieles, orthopedagoog

Studiedag 
Omgaan met intimiteiten in het jeugd- en jongerenwerk,
BSJ, sector Recreatief Educatief werk, 
Brabants Steunpunt Jeugdwelzijn, 's-Hertogenbosch, 
16 april 1994

 

"Ik ben eigenlijk orthopedagogisch huisvader. In het verleden heb ik in de jeugdhulpverlening gewerkt. Ik werk nu thuis als pleegvader voor een aantal kinderen. Verder ben ik secretaris van een van de werkgroepen JORis (Jeugd-ouderen-relaties-intimiteit-sexualiteit) van de NVSH. Twee jaar geleden ben ik gepromoveerd op de positie als groepsleider in leefgroepen. Ik heb onderzoek gedaan naar de positie van groepsleiders in leefgroepen en hun werkwijze. Ik hoop dat iedereen zelf de omslag kan maken naar de praktijk van de jeugdleider.

De bink Iwan

Ik wil beginnen met een voorbeeld van een kind in een leefgroep. Iwan heet hij en hij is de grote bink. Hij is de informele leider. Het team zit eigenlijk met hem in haar maag. Ik kom in de groep. Iwan wil met mij stoeien. Ik heb zelf een keer gewonnen en laat Iwan een keer winnen. Ik creëer daarmee een machtsevenwicht. Deze keer liep de maaltijd anders. Iwan praatte eigenlijk voor het eerst. De grote bink bleek een stil en verdrietig kind die het in het tehuis niet leuk vindt. En de weekenden thuis waren ook niet fijn.

Een ander voorbeeld is van een spel 's-avonds in het bos. De meiden lopen achteraan en klampen zich aan mij vast. Er is behoorlijk strenge groepsleiding. Maar 's-avonds bij het naar bed brengen wordt er wel geknuffeld. Knuffelen is veilig en je houdt je aan grenzen.

Intimiteit

Intimiteit wil ik omschrijven als door beiden als prettig ervaren, gewenste toenadering tot in het persoonlijk gebied, zowel lijfelijk als geestelijk. Dat betekent dat ongewenste intimiteit is: het door minstens één van beiden als onprettig ervaren toenadering tot in het persoonlijk gebied. Dit kan alleen door gebruik van macht. Van machtsevenwicht ga je naar machtsoverwicht.

Omgangsstijlen

Denken dat alleen de volwassene macht heeft is kolder. Kinderen hebben ook macht. In de wenselijke situatie is er sprake van machtsevenwicht.

Echte intimiteit kan alleen in een bepaald omgangsklimaat. Bij een omgangsklimaat bestaan drie stijlen:

  1. machtsbeheersing; regelneverij

  2. het conflict ontwijken door afstand te houden, door het lief te houden

  3. de persoon ontmoeten; een contactgerichte stijl.

De verschillende stijlen leg ik uit aan de hand van situaties.

Machtsbeheersing

De eerste situatie is als volgt:

In een groep is leiding die allemaal regels stelt. Daar zit een bepaalde opvatting over kinderen achter. Een kind is lief, aardig, nauwelijks verdrietig en niet brutaal. Als kinderen zich daar niet in schikken, dan wordt er zwaarder gestraft. In die groep liep dat uit tot meer straf van de leiding en meer verzet van de kinderen. Het contact leggen met de schaduwkant van het kind werd niet gedaan. Bij het wel proberen van dat laatste veranderde er wat. Gaandeweg verbeterde de sfeer in die groep.

Conflict ontwijken

Wat betreft het conflict ontwijken het volgende. Een situatie in een groep waar veel conflicten waren. Daar zat als visie achter: rust is goed in de groep en onrust niet. Daarnaast is "mogen" en "moeten" erg belangrijk. Een conflict over eten werd een conflict over wie er de baas is. Zo gingen kinderen ook in een conflictsituatie naar bed. Inhoudelijke conflicten werden machtsconflicten. Het bleek dat als er aandacht was rond bedtijd, dat de kinderen dan wel lekker gingen slapen en zeker niet later dan toen er gevit en gestraft werd rond bedtijd.

Contactgericht

Contactgericht werken betekent niet dat het altijd leuk en aardig is. Het houdt ook conflicten in. Maar er wordt meer met dan voor de kinderen gewerkt. Er wordt gekeken achter het gedrag. Het is het ontmoeten van iemands gevoel, van iemands wil.

Kies de contactgerichte stijl van werken. Dan zul je het kind ontmoeten. Als tweede kun je kiezen voor het conflict vermijden. Als derde, of eigenlijk als laatste reserve, kun je kiezen voor het conflict, machtsbeheersing. Dat kan soms nodig zijn. Bij contact zul je open staan voor het innerlijk van de ander. Je kijkt naar de wensen, verlangens en behoeften, wil, belangen, rechten en grenzen. Kinderen hebben eerst contact nodig en niet zozeer structuren. Als je zo naar kinderen kijkt, je antennes afstelt, dan leg je contact. Treed de kinderen tegemoet als persoon.

In ieder team is er wel een regelneef die werkt vanuit de machtsbeheersing. Die zal dus een stapje terug moeten doen. In ieder team is er ook vaak een soort "jongste", soms een stagiaire, meestal een vrouw. Die heeft de beste contacten met de kinderen. Als deze verhoudingen moeten veranderen is er eigenlijk revolutie binnen het team.

Contact is actief

Contact is persoonlijk en actief. Het willen geven van aandacht moet je omzetten in het letten op signalen en het contact leggen en onderhouden. Signalen moet je serieus nemen en ermee gaan werken in activiteiten. Bijvoorbeeld rond maaltijden.

Compensatie

Door je positie als groepsleider heb je ook te maken met ouders. Het lijkt alsof die dicht bij de kinderen staan, maar ik ben de mening toegedaan dat de ouders de laatste jaren ver van de kinderen af staan. De vader is de grote afwezige en de moeder meer een reguleerder van het dagelijks leven dan een gesprekspartner. Club- en buurthuizen e.d. hebben de unieke kans om dit te compenseren door aan te sluiten bij de behoefte en aandacht van kinderen. Maar! Er is een grote angst voor intimiteit met op de achtergrond angst voor seksualiteit. Er mag van alles niet, er is een verhardingsproces.

Zoek contact!

Ik wil er een pleidooi voor houden niet bang te zijn. Zoek wel contact! En houd daarbij rekening met de grenzen van het kind, jezelf en de grenzen van de ouders. Je kunt je voorkeuren hebben voor bepaalde kinderen. Dat is niet erg en kun je ook uiten als in een groep elk kind maar aan bod komt. Er moet oog zijn voor de "grijze muizen", kinderen waar geen contact mee is. Er zijn diverse stijlen van omgang. Bijvoorbeeld u- of jij-zeggen, de voornaam of achternaam gebruiken. Waar is de leiding bij het uitleggen van een activiteit? Staat die apart of tussen de kinderen?

Kwaliteit van contact

Denk niet in termen van goed doen en fout doen in gedrag. Kijk naar de kwaliteiten van het contact. Dan maakt het niet uit of kinderen druk zijn of hard schreeuwen. En houd moed contact te zoeken ondanks dat de cultuur dwarsligt".

Start Omhoog